Sneeuwpanter
Hij woont in het hoggebergte van Azië
Deze prachtige katachtige is een dier uit het hooggebergte van Azië dat in staat is om op grote hoogte te leven en om er de strenge winters te doorstaan dankzij zijn dikke vacht.
Zijn roomgrijze vacht met lichtgele en beige vlekken met een zwarte ring vormt een uitstekende camouflage, vooral in het besneeuwde onderhout in de winter. Zijn poten zijn groot met behaarde kussentjes als bescherming tegen de koude.
De Sneeuwpanter kan een lengte van meer dan 1m20 bereiken met bovendien een lange staart van 1 meter die helpt om zijn evenwicht te bewaren wanneer hij zich op rotsachtige kliffen verplaatst om zijn prooien te achtervolgen. In de zomer jaagt hij op moeflons en steenbokken in het hooggebergte.
In de winter bestaat zijn menu uit wilde zwijnen en kleine dieren uit de valleien en bossen op lagere hoogte. De Sneeuwpanter is zeer lenig en krachtig; dankzij zijn springveervormige spieren kan hij enorme sprongen maken.
Het vrouwtje baart 4 tot 5 welpjes die ze grootbrengt in een hol, meestal een goed beschermde schuilplaats in de rotsen.
Door de jacht omwille van zijn vacht is dit prachtige dier ernstig bedreigd. In het wild leven er nog slechts enkele duizenden exemplaren.
Twee Sneeuwpanters
In Pairi Daiza leeft er een koppel Sneeuwpanters. Het vrouwtje is Laya en de mannetje Jeti.
Een « bedreigde » diersoort
- Naam : Sneeuwpanter
- Latijnse naam : Uncia uncia
- Oorsprong : Centraal-Azië, Siberië, Mongolië en het noordwesten van China
- IUCN-status : Bedreigde
- Cites : Appendix I